KLANTREACTIE
"Anne-Marie beheerst de allerbelangrijkste basis van de tekst-schrijver: ze luistert, pikt signalen snel op, staat open voor opbouwende kritiek en adviezen en heeft een kritische instelling. Een vrouw met kwaliteit!"
Het is dinsdag 11 augustus 1840. De broers Teunis, Jarig, Cornelis en Pieter Krap zijn het lang niet altijd met elkaar eens, maar vandaag wel. Ze besluiten bewust de regels te overtreden, want ze kunnen zich niet nog een financieel drama veroorloven. Schipper Pieter Pieters Koning ligt met zijn schip in de opvaart in het Bosch in St. Annaparochie en de mannen helpen hem met laden. De vracht bestaat uit een flinke lading ‘aalbeziën’, de rode bessen waar het dorp decennialang om bekend zou staan. De bessen gaan naar de weekmarkt in Harlingen. En niet alleen de bessen van de vier broers, ook die van Watze Abrahams Dijkstra, Sijmon Tjerk Bijlsma en Jan Joukes Schat. Alle zeven mannen zijn gardenier en alle zeven durven ze het aan om, samen met schipper Pieter Koning, tegen de regels in te gaan. Die regels bestaan al minstens 160 jaar en worden nog altijd strikt gehandhaafd. Hun actie blijft dan ook niet ongestraft!
Belangrijke woorden
We komen dit verhaal op het spoor als we stuiten op een veroordeling van deze acht mannen. En dat maakt nieuwsgierig. Wat hebben ze gedaan? De rechtbankverslagen brengen uitkomst. Maar voordat we echt snappen wat er gebeurd is, zijn we een tijd verder. Want het lezen van de handgeschreven teksten is tijdrovend en bovendien blijkt dat wéten wat er staat niet hetzelfde is als snáppen wat er staat. Dat heeft deels te maken met twee woorden waar we eerst niet uitkomen.Twee woorden die essentieel blijken om echt te begrijpen wat er aan de hand is. Na veel staren, denken en zoeken komen we er uiteindelijk achter dat er ‘geoctroyeerd’ staat en ‘slatten’.
Monopolie
Het blijkt namelijk dat de zeven mannen hun kostbare lading bessen hebben vervoerd met een ‘niet-geoctroyeerd beurtschip’. En dat is blijkbaar een ernstig vergrijp. Dus duiken we in de beurtvaart om te begrijpen waarom ze deze overtreding bewust begingen. Beurtvaart was de eerste vorm van openbaar vervoer en in het waterrijke Nederland eeuwenlang de snelste manier om van A naar B te komen. Passagiers, vracht en vee werden volgens een dienstregeling vervoerd op vaste trajecten. Andere schippers mochten dan niet op dat traject varen. Er was sprake van vergunningen en strikte regels en de gilden hadden eveneens een belangrijke rol. Ook op Het Bildt waren verschillende beurtveren en in St. Anne was er zelfs lang nadat de gilden waren afgeschaft nog een zogeheten olderman die aan het hoofd stond van de schippers. In 1840 was dat Jouke Jans Schat.
Gedetailleerde regels
Op 2 februari 1680 gaf jonkheer Willem van Haren ‘brieven van Octrooy’ aan de schippers van St. Anne om beurtvaarten te onderhouden op Leeuwarden, Franeker en Harlingen. Bij het octrooi hoorde een ‘Reglement op het Veer en een ordonnantie der vrachtprijzen’. Die regels waren zeer gedetailleerd en gingen over soort en aantal schepen, soort kleden om de vracht te beschermen, vaardagen en vaartijden, hoeveelheid vracht, ligplaatsen en vrachtprijzen. Een voorbeeld: 2 stuivers voor een ’korfvol appelen of peren’. Ook straffen en boetes stonden in het reglement: voor niet varen was de straf 30 stuivers, waarvan 20 voor de olderman en 10 voor de diaconie-armen. Een bijzondere bestemming en verdeling! De grietman moest toezicht houden op het gedrag van de schippers, want over het algemeen stonden die niet zo goed bekend. Burgers hadden vaak klachten over drankmisbruik, slordige bezorging en brutaal optreden. En daarin bleek uiteindelijk ook de reden te liggen voor het ontduiken van de regels door onze zeven gardeniers.
Beschimmelde lading
De rechter laat alle partijen aan het woord. De schipper van het geoctroyeerde beurtschip verklaart dat hij klaarlag om op 11 augustus naar Harlingen te varen en zag dat de zeven gardeniers hun lading aan boord brachten van het schip van Pieter Koning. De zeven gardeniers vertellen dat zij dit deden omdat ze er niet op vertrouwden dat het geoctroyeerde beurtschip ook daadwerkelijk zou varen. Dat hadden ze namelijk al eerder meegemaakt en daardoor hadden ze ‘aanzienlijke schade’ geleden. Die schade kunnen we ons goed voorstellen! Als jij maar één keer per week je rode bessen op de markt kunt verkopen, komt de timing van plukken en vervoeren heel precies. De bessen moeten mooi rijp zijn. Niet té rijp, maar ook niet onrijp. Lastig dus, want op het weer heb je geen invloed. Als het vervoer dan ook nog onzeker is, doe je dus alles om je kostbare vracht op tijd in Harlingen te krijgen. Zeker wanneer je ervaren hebt dat het schip ‘niet altijd geregeld voer en dikwijls te laat aankwam’. Dan verrotten je bessen, want die kreeg je dan niet meer (tijdig) op de markt. Dan ben je zelfs bereid de regels te overtreden en een boete te riskeren, want het risico op een vracht onverkoopbare, beschimmelde bessen wil je niet nog eens lopen.
Begripvolle rechter
De schipper legt vervolgens uit dat hij inderdaad verschillende keren de dienstregeling niet heeft gevolgd, maar dat hij daar niets aan kon doen én dat hij toestemming had van de grietman. Hij vertelt dat hij niet kon varen omdat de vaarten geslat werden. En dat is dus tweede belangrijke woord dat we in eerste instantie niet konden lezen: ‘slatten’, oftewel hekkelen. Daarmee snappen we het hele verhaal in volle omvang. Toch is er dan nog één punt dat om opheldering vraagt. De zeven gardeniers en de schipper krijgen alle acht een boete van fl. 10,- (plus hun aandeel in de proceskosten). Maar hoeveel of hoe weinig is dat? In hedendaags geld is het ruim honderd euro. Het blijkt dat dit een vergrijp is waarvoor de rechter zelf de strafmaat mag bepalen. Minimaal was dat fl. 10,- en maximaal fl. 100,-, of minimaal één dag celstraf en maximaal veertien, of een combinatie daarvan. De rechter kiest dus voor de minimale straf, maar ook dat is nog steeds een flink bedrag, als we weten dat de vrachtkosten voor een korf appels twee stuivers waren. Toch spreekt er begrip uit voor de situatie van de mannen. De rechter ziet ook dat het geen jonge honden zijn die zin hadden om te rebelleren. Oudste broer Teunis is 55 en Pieter, de jongste broer, 42. Ze namen dit risico omdat hun inkomen op het spel stond. Ze deden wat zij nodig vonden om hun kostbare lading te beschermen.
Pikant detail
Tijdens onze speurtocht duiken twee namen op die wel heel erg veel op elkaar lijken: Jan Joukes Schat en Jouke Jans Schat. De eerste is een van de zeven gardeniers. De tweede is de olderman, de gildeterm voor de baas van de beurtschippers, én de vader van Jan Joukes. Maar dat niet alleen, Jouke Jans is ook veldwachter. Zoon Jan Joukes gaat dus niet alleen tegen de beurtvaartregels in, maar zet ook de relatie met zijn vader op het spel! Dat denken we tenminste. Totdat we lezen dat vader Jouke Jans op 1 augustus 1840 overlijdt. Slechts anderhalve week voordat de mannen hun lading bessen naar Harlingen vervoeren. Over timing gesproken …